Leren en ontwikkelen: als onderwijskundig ontwerper bij Bespeak houd ik me hier dagelijks mee bezig. Ik ontwerp leertrajecten en leermiddelen voor allerlei klanten. Je kunt dit soort trajecten aanpakken vanuit verschillende benaderingen, maar welke benadering sluit het meest aan bij jouw werkwijze?
De instrumentele benadering
De instrumentele benadering richt zich op het analyseren van het vraagstuk en het formuleren van (leer)doelen [1]. Tijdens het gehele ontwerpproces zijn deze doelen leidend. Je doorloopt hiermee op een systematische manier het ontwerpproces: doelgericht op weg naar de gewenste eindbestemming. Een logisch, lineair model dat je hierbij sturing kan bieden is het veertienstappenmodel. Dit model past goed bij mij als onderwijskundige. Het is een duidelijke leidraad die houvast biedt. Maar blijf ik dan niet te veel hangen in mijn rationele manier van denken?
De communicatieve ontwerpbenadering
De communicatieve ontwerpbenadering verplaatst de nadruk naar de dialoog: de dialoog tussen jou als onderwijskundige en andere belanghebbenden. Denk hierbij aan de opdrachtgever, een leidinggevende, de medewerkers, maar ook de schoolleider, de docent of de studenten. Bij deze ontwerpbenadering staat co-creatie [2] centraal. Samen met de belanghebbenden geef je het leertraject vorm. Je treedt op als facilitator. Je gaat op zoek naar een consensus tussen alle belanghebbenden en zoekt een breed draagvlak. Je maakt steeds een afweging: vergroot dit de kans op een goed resultaat of loop ik dan misschien een sterke onderwijskundige fundering mis?
De pragmatische ontwerpbenadering
Bij de pragmatische ontwerpbenadering verschuift het belang naar prototypes. Je ontwerpt een prototype en test deze zo snel mogelijk bij de gebruikers of lerenden [1]. Hierna pas je het prototype aan en herhaal je de cyclus. Oftewel: ontwerp – ontwikkeling – evaluatie – ontwerp – ontwikkeling – evaluatie – et cetera. Zo voorkom je het eindeloos analyseren van de leervraag en kom je (hopelijk) sneller tot een gedegen eindproduct. Dit is een iteratieve, flexibele aanpak die lijkt op de agile werkwijze. Maar werk je met deze trial-and-erroraanpak wel effectief genoeg?
Denkvragen voor jou:
- Vanuit welke benadering als onderwijskundige werk jij aan leertrajecten?
- Gebruik je één benadering? Of combineer je meerdere benaderingen?
- Waarom werk je op deze manier? Is dit een bewuste keuze?
Mijn eigen inzicht? Niet één benadering is ‘de beste’. De benadering moet passen bij de klant én bij jou als persoon en professional. Reflectie op je eigen benadering en werkwijze in de praktijk is hierbij van belang. Hoe zorg je anders voor een match tussen jouw benadering en de specifieke klant? Wil je meer weten over de verschillende ontwerpbenaderingen? Neem dan zeker een kijkje in de onderstaande bronnen of neem contact op!
Bronnen
[1] Deen, E., & Rondeel, M., & Kessels, J.W.M. (2017). Opleidingskunde leren in het werk, rond het werk en voor het werk. Alphen aan den Rijn: Vakmedianet.
[2] Kessels, J.W.M. (1996). Succesvol ontwerpen. Curriculumconsistentie in Opleidingen. Deventer: Kluwer Bedrijfswetenschappen.